Uitstel meldingsplicht zelfstandige groepering tot 31 maart 2017

Gepubliceerd op 1 februari 2017

Zelfstandige groeperingen van personen (vroeger de kostendelende verenigingen genoemd) moeten in principe vanaf 1 juli 2016 de aanvang van de activiteit, en dus ook het bestaan en de samenstelling van de groepering, melden binnen de maand die volgt op de aanvang van de activiteit. De op 1 juli 2016 reeds bestaande zelfstandige groeperingen moesten die melding ook doen ten laatste op 1 augustus 2016.
De circulaire met betrekking tot deze regeling (zie onze mailing 2017/01 dd. 17.01.2017) voorziet in een tolerantie dat deze meldingsplicht slechts moet gebeuren tegen 31 januari 2017.
In onze mailing 2017/03 van 25 januari 2017, kondigden wij reeds aan dat er een gedoogperiode zou worden toegestaan.
De fiscus bevestigt nu dat zelfstandige groeperingen tijd hebben tot 31 maart 2017 om aan deze meldingsplicht te voldoen (bericht van 31 januari 2017).
Zelfstandige groeperingen die volledig van btw zijn vrijgesteld door artikel 44 Wbtw, moeten in afwachting van een door de fiscus ter beschikking gesteld formulier, aan die meldingsplicht voldoen via een zelf opgemaakt document (voor de inhoud ervan, zie nr. 82 van de circ. 31 van 12 december 2016).
Let op: dit uitstel betreft enkel de meldingsplicht, niet het moeten voldoen aan de nieuwe voorwaarden voor de vrijstelling. Dit betekent dat om de vrijstelling van artikel 44, § 2bis Wbtw te kunnen toepassen:

de na 30 juni 2016 opgerichte zelfstandige groeperingen onmiddellijk van bij het begin moeten voldoen aan de nieuwe wettelijke voorwaarden;
de zelfstandige groeperingen die reeds vóór 1 juli 2016 actief waren en die tot 31 december 2016 gebruik maakten van de overgangsregeling (zie nr. 107 e.v. van voormelde circulaire), vanaf 1 januari 2017 moeten voldoen aan de nieuwe wettelijke voorwaarden.

FOD Financiën, bericht 31 januari 2017


Heb je graag toegang tot de nieuwsberichten?

Bestaande klant?

Nieuwe klant?