Regering wil ontwerp optionele btw onroerende verhuur bijsturen

Gepubliceerd op 1 juli 2018

De regering bereidt de volgende aanpassingen voor aan het wetsontwerp tot de invoering van een optionele btw-heffing op onroerende verhuur per 1 oktober 2018:

De beperking van de maatregel tot de nieuwbouw en grondige verbouwing zou enkel nog ingevuld worden op basis van de materiële oprichtingswerken: er mag geen btw-opeisbaar geworden zijn op de materiële werken tot oprichting voor 1 oktober 2018 (de voorbereidende werkzaamheden, zowel materieel als intellectueel, als de grondwerken zullen dus buiten beschouwing gelaten mogen worden).
Voor opslagruimte voor goederen zou de 10%-regel vervangen worden door een 50%-regel: als meer dan de helft van de ruimte gebruikt wordt voor goederenopslag, gaat het om een bergruimte voor opslag van goederen. Het andere gedeelte kan dan voor eender wel doel gebruikt worden, tenzij verkoopsruimte, dan zou de 10%-regel blijven gelden.
de verplichte onderwerping aan btw van de kortdurende verhuur zal betrekking hebben op verhuringen van maximum 1 jaar, in plaats van maximum 6 maanden zoals was voorzien in het initiële wetsontwerp. De uitzonderingen hierop voor de verhuur op korte termijn voor sociale of culturele doeleinden en privébewoning blijft behouden, al is nog niet gedefinieerd wat er onder ‘bewoning’ dient te worden verstaan.

Aan de nieuwe herzieningstermijn van 25 jaar voor gebouwen​ die onder de optieregeling met btw worden verhuurd, zou de fiscus voorlopig geen aanpassing willen doorvoeren.


Heb je graag toegang tot de nieuwsberichten?

Bestaande klant?

Nieuwe klant?